Startpagina | verantwoording en mensen die hebben meegeholpen
U bevindt zich hier: Startpagina // Straten O - P // Polhoutlaan- Postweg

100 jaar "misbaksels".

100 jaar ‘misbaksels’ aan de Postweg en Jachtlaan

In 1921 werden aan de Jachtlaan en Polhoutlaan (klik op de 2 bovenstaande foto's) 28 woningen voor de Coöperatieve Bouwvereeniging ‘Middenstand’ gebouwd. Dit jaar is dat dus 100 jaar geleden.

Bijna Berg en Bosch
Te bouwen ‘aan De Sprengen’ staat er geschreven op de bouwtekeningen, maar bijna hadden de 28 middenstandswoningen in Berg en Bos, aan de Vliegerlaan en Zwarte Kijkerweg gestaan.
De gemeenteraad had de grond al toegezegd, alleen voor de vereniging was dit net te duur. Een alternatief werd gevonden aan de Jachtlaan en Postweg (nu Polhoutlaan).

foto: Jasper van Leeuwen

foto: CBG.nl

Crematorium en villa’s
Architect was Marius Poel. Een architect die na Haarlem en Hilversum in 1916 in Apeldoorn ging wonen. Poel was geen vernieuwer. Hij bewoog soepeltjes mee met zijn tijd. Eerst in de neorenaissancestijl en later met de tegenbeweging de Amsterdamse School.
De wereld was klein en in zijn werk kwam hij met de bekende architecten uit zijn tijd in aanraking. Zelf kreeg hij slechts bescheiden vermeldingen.

Zijn bekendste werk was het eerste Nederlandse crematorium ‘Westerveld’ in Driehuis uit 1913. Een gebouw in Art Deco-stijl. Een crematorium was in die tijd bijzonder. Het was namelijk bij wet verboden, het werd gedoogd.
Poel was een voorvechter van cremeren en om die reden zag de Facultatieve in hem de juiste architect voor het ontwerp. Poel ging fanatiek van start, maar het boterde niet tussen hem en zijn opdrachtgever. Hij zou het werk niet afmaken, dat deed Piet Kramer, een voorman van de Amsterdamse School. En de uitbreiding op het gebouwen werden later ontworpen door Dudok.
Toen er in 1924 een opdracht voor het ontwerpen van urnenwand gegeven moest worden was Poel nog even in beeld. Hij had dat graag gedaan. Zover kwam het niet, adviseur Berlage had een ander idee en Poel viel buiten de boot.

Crematorium ‘Westerveld’. foto: Rijksmonumenten.nl

In Hilversum ontwierp de besnorde Poel enkele villa’s met prachtige namen, zoals ‘Huis met de Zon’, ‘De Kindertuin’ en ‘Villa Elizabeth’.

Praatjes bij plaatjes
Eenmaal in Apeldoorn verdiende Marius Poel, naast zijn werk als architect, wat bij aan zitting in jurycommissies, als examinator voor toekomstig bouwopzichters en gaf hij lezingen met ‘lichtbeelden’. Dat waren voordrachtavonden met dia’s over uiteenlopende onderwerpen. Modern vermaak voor die tijd.
Bij ‘Pompeji, een bedolven en ontgraven stad’ en ‘Kunstgeschiedenis’ kon hij het lesmateriaal van zijn studie aan de voormalig TU Delft goed gebruiken.
Zijn voordracht ‘Lijkverbranding’ putte hij uit zijn studiereis die hij maakte langs crematoria in heel Europa. Die kon hij op kosten van zijn opdrachtgevers maken door zijn aanstelling als architect van crematorium Westerveld.
En ‘Praatjes bij plaatjes’ ging over Nederlands Oost-Indië. Hij gaf eerlijk toe er zelf nooit te zijn geweest. Zijn zoon zou er wel wonen. Een actieve man was het.

Verdwenen huis
In Apeldoorn heeft Poel weinig ontworpen gebouwen nagelaten. In de Parken was Frisolaan 36 van zijn hand, een landhuis, ‘Op Honk’ genaamd. Deze is gebouwd in 1917.
Gerard de Vries woonde in de jaren ’30 in het huis, een man met bijzondere verhalen.
Niet alleen was hij directeur van Venz chocoladefabriek in Vaassen en uitvinder van hagelslag. Ook zaten er bij De Vries in de oorlog drie Engelse piloten ondergedoken toen er, door de bezetter opgelegd, twee Duitse administratief medewerkster inhuisden.
In 1960 werd het landhuis slachtoffer van de aanleg van de Meester van Hasseltlaan. Het werd gesloopt. Nummer 36 ontbreekt nog altijd in de Frisolaan.

Jachtlaan 186 kamphuis, ‘De Trekker’.

Moderne huizen
De 28 woningen voor de Coöperatieve Bouwvereeniging Middenstand zijn nog net als toen. Alleen enkele openslaande roederamen, vertand gemetselde dakranden, wat dakkapellen (door het vervangen van de daken in de jaren ‘70), balkons en kleurstelling van het houtwerk zijn veranderd.
Op oude foto’s is te zien dat een rij beukenhagen de woningen van het voetpad scheidden.

Dat in 1921 de gemeente graag ‘moderne huizen’ zag blijkt uit een ambtelijke brief aan architect Poel om de begane grondvloer in steen (voor comfort) en de muren tussen de woningen met spouw (voor geluidisolatie) uit te voeren. Tevergeefs. Aan beide aanbevelingen werd door Poel geen gehoor gegeven. Vast een geldkwestie.
De zakelijke kant van Poel kwam ook naar voren toen hij, tegen de afspraken in, zijn honorarium al voor de oplevering van de woningen bij de bouwvereniging probeerde op te eisen. Dat ging niet door, de gemeente wees het af.

In 1931 verhuisde Marius Poel naar Blaricum. Hij woonde daar slechts enkele maanden. Tijdens een fietstocht naar Laren overleed hij door een hartverlamming. De ‘ijlings ontboden’ dokter kon niets meer voor hem doen. Hij werd in Driehuis gecremeerd in ‘zijn’ crematorium. De oudste aula daar werd later nog naar hem vernoemd.

Foto:Peter Koldewijn.

Wonen in een dennenbos
Het is nu bijna niet meer voor te stellen, maar in 1921 waren de 28 middenstandswoningen omringd door bomen, met name vliegdennen.
De badhuissprengen (tussen de huidige Sprengenparklaan en John F. Kennedylaan) waren er al wel en ook het trafohuisje aan de Driehoek. De Driehoek was een jaar eerder door de gemeente gekocht van erfgenamen van de overleden eigenaar J.C. Wils. Het werd bestemd voor woningbouw, er was woningnood.

De Laan van Spitsbergen is in de jaren ’70 aangelegd. In 1921 was de Ouden Postweg, nu Polhoutlaan de doorgaande weg, een weg tussen de bomen. Een rustige weg, geen autogeraas. De geur van kruidig dennen-aroom.

Jachtlaan 194 en 196 jeugdherberg ‘De Spreng’

Airbnb
In de jaren ’30 waren enkele van de middenstandwoningen toeristenverblijven. Apeldoorn was in trek. De Veluwe heeft veel moois te bieden. En uitstapjes naar het net aangelegde park Berg en Bosch en openluchtbad waren nu op loopafstand.

Op Jachtlaan 194 en 196 was jeugdherberg ‘De Spreng’ gevestigd. Een nieuw fenomeen, jeugdherbergen. En succesvol, want een groter onderkomen was nodig en werd elders gebouwd. Jachtlaan 186 was een kamphuis, ‘De Trekker’ genaamd. Later werden ook andere woningen als pension aangeboden, zoals Jachtlaan 190 (van vrouw Haije), 196 (pension ‘Sprengenbos’), 198 (pension ‘Bosch en Heide’) Postweg 19 (van de zusters Van Harte en Kroes) en nummer 23 (pension ‘Mol’). Ook waren er bewoners die in de zomermaanden tegen vergoeding hun huis beschikbaar stelden, zoals Postweg 9 en 17. Airbnb avant-la-lettre. Geadverteerd daarvoor werd in dagbladen in de Randstad.

Winterhulp
De crisisjaren (in de jaren ’30) lieten zich voelen. De werkloosheid was hoog en middenstanders raakten failliet. Mensen waren nooddruftig.
Huurders woonden er vaak maar van korte duur. Ze kwamen overal vandaan, van Groningen tot Maastricht en van Rotterdam tot Straatburg.

In Jachtlaan 188 en 190 was voor enkele jaren het comité Winterhulp gevestigd met kantoor en opslag. Tegen afbetaling werden daar kleding, schoenen en vooral dekens verkocht aan werkloze burgers. In het eerste half jaar werden ermee al 550 Apeldoornse gezinnen geholpen de wintermaanden door te komen. De winkeliers waren het er niet mee eens, bang voor hun brood. Het waren barre tijden.


Gedenktegels
Een treurig gebeurtenis in de Tweede Wereldoorlog is de deportatie naar Auschwitz van het Joodse gezin Bendik. Zij werden slachtoffers van één van de grote razzia’s die in november 1942 plaatsvonden. Sinds vorig jaar zijn er ter nagedachtenis gedenktegels aangebracht op de stoep van hun woning Jachtlaan 204.

De bouwvereniging heeft zijn 100-jarig bestaan niet gehaald, de huizen wel. De vereniging is inmiddels opgeheven en de woningen zijn particulier eigendom.

Misbaksels en moordaanslag
Ondanks dat de woningen oorspronkelijk zijn gebouwd voor woningnood onder de middenstanders is dit na enkele jaren al anders geworden. Docenten, ambtenaren en militairen waren ook welkom. Het werd namelijk moeilijk om huurders te vinden en er stonden vele huizen soms zelfs jaren leeg, in 1935 zelfs 16 van de 28 huizen. De huizen werden van binnen niet goed onderhouden en hadden vochtproblemen.
De gemeente sprong bij voor een opknapbeurt om huurders te trekken. Met wisselend succes.
Aan blokwoningen en dubbelhuizen waren de Apeldoorners in eerste instantie nog niet toe. Het werden ‘misbaksels’ genoemd en ‘hoe misplaatst in die omgeving is de rij aaneengesloten huizen?’ en de Apeldoorner ‘wenscht een vrij huisje met aanliggende grond. Hij wil wat hebben en doen in zijn tuintje’, stond in de krant.

Leegstand liet in 1933 ook een moordaanslag toe. Het werd landelijk nieuws. Kruideniersknecht Dirk werd op een donkere decemberdag in één van de lege woningen, Jachtlaan 200, naar binnen gelokt, bewusteloos geslagen, in een kast opgesloten en ontdaan van zijn wisselgeld en nieuwe fiets. Dirk is er gelukkig weer bovenop gekomen en de daders, twee broers, werden in de kraag gevat.

1945 Postweg

  In 1945 heette het stuk tussen de Jachtlaan en Asselsestraat Postweg. De Polhoutweg liep van daar waar nu de Mazeratenlaan is.

Auteur: Jasper van Leeuwen.