Welgelegen, J.Bronsvoort
De wasserij waar het allemaal begon kanaal noord
nr.68. Dit pand is tot de verbouwing op nr.66 als drogerij gebruikt. De tweede dame van rechts is Jenneken Jeths de hulp in de huishouding.
Jannes Bronsvoort 1823- 1908 en zijn vrouw Hendrika Kalberg 1833-1905 komen rond 1850 van Bathmen naar Apeldoorn. Zij trouwden op 22 november 1856 te Apeldoorn. Waarschijnlijk was Jannes dus toen al woonachtig in Apeldoorn en kwam zijn bruid hier wonen vanuit haar geboorteplaats Empe
Op de nota’s die de fa. J. Bronsvoort & Zn. h.o.n. “Wasserij Welgelegen” gebruikte, stond o.a. de tekst: “Opgericht 1843”.
Het is niet waarschijnlijk dat Jannes in Bathmen bleker was omdat hij in 1862 nog als landbouwer bij de gemeente Apeldoorn stond ingeschreven. Meer voor de hand ligt dat hij in Apeldoorn een bestaande wasserij heeft overgenomen.
We komen Jannes voor het eerst in 1891 als Bleeker tegen in de adreslijst van Apeldoorn.
Jannes en Hendrika krijgen 3 dochters en 4 zonen: Evert geb. 1865 wordt later slager, Teunis geb.1862 schilder en Herman geb.1868 en Jan geb.1878 beiden bleker net als hun vader.
In 1907 vraagd Jan Bronsvoort Gasverlichting aan op de Welgelegenweg voor zijn bedrijf!
Rond 1924 is het woonhuis verbouwd en de Wasserij daarachter (nr66) nieuw gebouwd voor een bedrag van fl.4987,-. Daar waren de schilderwerken niet bij meegerekend.
Jan werkt bij vader Jannes op de wasserij die we later als Wasserij Welgelegen kennen.
Jan Bronsvoort en zijn zoon Anton zijn vanaf 1947 gezamenlijk firmanten van de vennootschap onder firma. De naam wordt dan gewijzigd in ‘fa. J. Bronsvoort & Zn’.
In 1962 draagt Jan Bronsvoort de firma over aan zijn zoon, waarbij notarieel vastgelegd wordt dat de naam “Wasserij Welgelegen, fa. J.Bronsvoort & Zn” gehandhaafd blijft. Dit zal zo blijven tot Antony Bronsvoort bij gebrek aan opvolging besluit in 1978 het bedrijf op te heffen.
Vanaf 1891 komen we Herman Bronsvoort tegen als Bleker op de locatie “onder de Sluis”. Later kanaal Noord 252 bij het ’t Sluisje. Deze locatie is later bekend als “Wasch en strijkinrichting de Adelaar”. Adelaar de, H. Bronsvoort
Begin jaren 30 begint Jan Daniel Bronsvoort (zoon zoon van Jan) een strijkerij De werkzaamheden voert hij dan nog uit in de wasserij van zijn vader onder den naam “Strijkinrichting de Lelie”. Deze verhuist in 1946 naar de Deventerstraat 45a de Lelie, J.D. Bronsvoort
Bijgaande advertentie uit 1893. (bron Delpher)
Het in 1925 verbouwde woonhuis met
daarachter de nieuwgebouwde wasserij. Zonder schilderwerk werden de werkzaamheden voor F4987,00 door W. Versteyne verricht. Foto: J.Bronsvoort.
Jan Bronsvoort jr., zoon van Anton geeft uitleg bij met betrekking tot de machinerie die in een (toenmalige) wasserij gebruikt werd. Een mangel bijvoorbeeld is een werktuig dat gebruikt werd in wasserijen waarbij een soort grote rol omwikkeld met vilt in een koperen, verwarmde ‘half-pipe’ ronddraaide en waar schoongewassen wasgoed als lakens, dekbedhoezen, kussenslopen en theedoeken tussen werden gestopt zodat het gladgestreken en gevouwen in de linnenkast kon worden opgeborgen. Voor het hedendaagse huishouden is er geen vergelijk mogelijk, anders dan de voorstelling dat alle dekbedhoezen, slopen etc. met de hand met behulp van een strijkbout gestreken worden.
Naast twee heel grote wasmachines stonden er ook nog twee heel grote centrifuges, want de natte was moest eerst wel enigszins gedroogd worden, voordat verdere behandeling mogelijk was. In een andere ruimte stonden twee grote ‘tumblers’ eigenlijk wasdrogers, maar dan wel iets groter dan er in de tegenwoordige tijd in huis staan. Deze werden voornamelijk gebruikt voor badhanddoeken en washandjes. Daarnaast was er een strijkkamer waar onder andere overhemden mooi glad werden gemaakt met behulp van strijkbouten en persen.
De warmte die voor deze machines nodig was, werd opgewekt door een grote stoomketel, die werd gestookt met steenkolen. Later is deze vervangen door een oliegestookte ketel.
De situatie die hier geschetst wordt, is de situatie die zich voordoet vanaf het begin van de jaren zestig van de vorige eeuw. Daarvoor bestonden bijvoorbeeld de ‘tumblers’ en centrifuges nog niet en werd alle wasgoed te drogen gehangen op de droogzolder. Dat was een grote ruimte boven de wasserij waar een groot aantal verwarmingsbuizen op de vloer waren aangebracht die werden verwarmd door de stoomketel die in het ketelhuis stond. De wasknecht, de man die de wasmachines en centrifuges bediende, moest ook zorgen dat de stoomketel steeds voldoende kracht had om deze warmte te leveren, maar ook om de machines aan te drijven.
Welgelegen uit circa 1930
De familie Bronsvoort was op zaterdag ook regelmatig aanwezig bij de bijeengekomsten met diverse andere wasbazen bij hotel Prinsen in Ugchelen. Later ook op andere lokaties. Naast een gezellig samenzijn werd er ook gezamenlijk een puzzel rit uitgezet en gereden. De zogenaamde Haasjesrit.
Er werd er ook over zaken als beekrechten gesproken. Het was van groot belang dat de beken voldoende schoon water leverde. Er moest voor deze rechten worden betaald wat niet altijd vlekkeloos ging.
In de huidige tijd doet iedereen zelf de was, daarvoor is een groot scala aan wasmachines en wasdrogers beschikbaar. Dat was vroeger wel anders, er waren bijna geen mensen die een wasmachine hadden. Dus werd “de was de deur uitgedaan”, zoals dat toen heette. De was werd niet zelf gedaan, maar feitelijk ‘uitbesteed’ aan een wasserij. In die tijd waren er ontzettend veel wasserijen in Apeldoorn, vooral aan de westkant, omdat hier veel sprengen waren die schoon water aanvoerden voor de wasserijen. Wasserij Welgelegen lag echter niet aan een spreng, maar aan het Apeldoorns Kanaal. Het water dat nodig was voor de wasmachines werd uit het kanaal gepompt en via een filterinstallatie op het dak van de wasserij kwam het water via een groot reservoir in de wasmachines terecht. Strenge winters wilden hierbij nog wel eens voor problemen zorgen.
Wasserij Welgelegen op een kaart uit 1907. Van
boven naar beneden de Molenstraat. Opvallend is dat de ws brug niet in het verlengde van de Molenstraat ligt. foto: Archief Coda.
Bovenaanzicht van de wasserij.
Rond de wasserij de keurig aangelegde groentetuinen van de familie en op de voorgrond de betonfabriek van Peetoom.